Het verschil tussen fosfaten- en passiveringsbehandelingen in metalen ligt in hun doeleinden en mechanismen.

Fosferen is een essentiële methode voor corrosiepreventie in metaalmaterialen. De doelstellingen zijn onder meer het bieden van corrosiebescherming aan het basismetaal, dienen als een primer voor het schilderen, het verbeteren van de hechting en corrosieweerstand van coatinglagen en werken als een smeermiddel bij metaalverwerking. Fosferen kan worden gecategoriseerd in drie typen op basis van de toepassingen: 1) fosferen van coaten, 2) fosferen van koude extrusiemering en 3) decoratieve fosfaten. Het kan ook worden geclassificeerd door het gebruikte type fosfaat, zoals zinkfosfaat, zink-calciumfosfaat, ijzerfosfaat, zink-manganese fosfaat en mangaanfosfaat. Bovendien kan fosferen worden gecategoriseerd door temperatuur: hoge-temperatuur (boven 80 ℃) fosfaat, fosfaat van medium-temperatuur (50-70 ℃) fosfaten met lage temperatuur (ongeveer 40 ℃) fosferen en kamertemperatuur (10-30 ℃) fosfaten.

Aan de andere kant, hoe komt passivering voor in metalen, en wat is het mechanisme? Het is belangrijk op te merken dat passivering een fenomeen is dat wordt veroorzaakt door interacties tussen de metaalfase en de oplossingsfase of door grensvlakfenomenen. Onderzoek heeft de impact van mechanische slijtage op metalen aangetoond in een passivated toestand. Experimenten geven aan dat continue slijtage van het metaaloppervlak een significante negatieve verschuiving in het metaalpotentiaal veroorzaakt, waardoor het metaal in een gepassiveerde toestand wordt geactiveerd. Dit toont aan dat passivering een grensvlakfenomeen is dat optreedt wanneer metalen in contact komen met een medium onder bepaalde omstandigheden. Elektrochemische passivering vindt plaats tijdens anodische polarisatie, wat leidt tot veranderingen in het potentieel van het metaal en de vorming van metaaloxiden of zouten op het elektrode -oppervlak, waardoor een passieve film ontstaat en metaalpassivering veroorzaakt. Chemische passivering daarentegen omvat de directe werking van oxidatiemiddelen zoals geconcentreerde HNO3 op het metaal, het vormen van een oxidefilm op het oppervlak, of de toevoeging van gemakkelijk passiveerbare metalen zoals Cr en Ni. Bij chemische passivering mag de concentratie van het toegevoegde oxidatiemiddel niet onder een kritieke waarde vallen; Anders kan het geen passivering veroorzaken en kan het leiden tot snellere metalen ontbinding.


Posttijd: jan-25-2024